Gepubliceerd door Jan Maurits Kemps op 30 oktober 2017
Op dit moment ben ik voor de 40e keer in Kameroen. In dit blog vertel ik je hoe het er in dit mooie West Afrikaanse land écht aan toe gaat. Ik herinner me mijn eerste trip in 2001 nog heel goed. Ik reisde toen samen met mijn vader en Guy Decolvenaere. Bij de vlucht ging het al mis. In plaats van een rechtstreekse vlucht naar Douala zijn we eerst naar Kinshasa gevlogen met onderdelen voor een ander vliegtuig van het toenmalige Sabena. Uiteindelijk zijn we midden in de nacht in Douala geland. Het vliegveld leek wel een mierennest: druk, warm (logisch zonder airco), ongeorganiseerd en vooral heel smerig. Ik denk dat we een uurtje op de bagage hebben moeten wachten om vervolgens naar het appartement van Guy Decolvenaere te vertrekken, want daar verbleven we die nacht. Het straatbeeld was onbeschrijfelijk en dat is het nog steeds trouwens. Wat een ellende. Ik keer hier nooit meer naar terug, was toen mijn gedachte. De eerste 5-6 jaar ben ik misschien maar 3 keer teruggegaan. Langzaam wen je eraan, word je enthousiast en leer je er mee om te gaan. Inmiddels kijk je na 40 keer nergens meer van op.
Een vakantieland is Kameroen of Congo beslist niet. Dat zie je al meteen als je op het vliegtuig stapt. 70% van de mensen in het vliegtuig zijn West-Afrikanen die in Europa wonen en terugkeren naar familie. Blanken gaan er heen voor hun werk of als expat. Alleen al de vereisten voor het krijgen van een zakelijk of toeristenvisum doet je afhaken. Zo ontoegankelijk, zo protectionistisch. Toch is er best een behoorlijke kuststrook met mooie zandstranden, kleine dorpjes,… Menig Afrikaan heeft hier op zijn eigen manier een poging ondernomen een leuk hotel te bouwen. Op z’n Afrikaans dan wel. Het is het allemaal (net) niet. Infrastructuur om als toerist rond te rijden ontbreekt. Treinen, lokale vluchten, betrouwbare en veilige busverbindingen? Ontbreken ook. Wat er wel is? Parken, échte wildparken. Om er te komen ben je al snel 2-3 dagen met een 4x4 onderweg. De kampen zijn doorgaans tenten en hutjes. Geen stromend water, geen elektriciteit. Echte avonturiers kunnen hier hun hart volgen. Niet het luxe backpacken zoals in Thailand. Nee, hier moet je een heuse Bear Grylls zijn. Soms ben ik best jaloers op de Nederlandse inkopers die twee keer per jaar naar Kuala Lumpur reizen en zich daar kunnen laten pamperen en zich laten omringen door van die mooie jonge Aziatische vrouwen. (….)
Betrouwbare en eerlijke Afrikanen heb ik hier nog niet gevonden, maar dat geldt ook voor de Libanezen en Europeanen die hier zitten. Heel de dag moet je op je hoede zijn en checken of het allemaal wel klopt. Niets is vanzelfsprekend, echt niets… Vervalste facturen, vervalste documenten zijn de dagelijkse realiteit en zijn gewoon part of the game. Halsstarrig zeggen dat je er niet aan mee doet, brengt je uiteindelijk nergens. Ook mijn eigen chauffeur weet me dagelijks om de tuin te leiden met verhalen dat hij voor dit of voor dat weer wat extra CFA’s nodig heeft. Je kunt hem bij wijze van spreken dagelijks ontslaan voor diefstal, vervalste kilometeradministratie, maar dan heb je je probleem nog niet opgelost. Iemand zei me hier: je moet je afvragen of hij zijn job goed doet, want al die problemen ga je met een andere chauffeur ook hebben.
Onderweg word je als blanke graag tegengehouden bij de gekochte controleposten van de politie. Ja, inderdaad, gekocht. Een agent “koopt” ’s ochtends een plaats waar hij die dag gaat staan. Voor hem is het zaak om dan zo veel mogelijk mensen te stoppen en te verbaliseren, zodat zijn postje rendabel is. Als blanke ben je natuurlijk de melkkoe en heb je steeds de garantie dat je mag stoppen. Vriendelijk blijven werkt het beste en dan ben je na een kleine documentencontrole weer weg. Maar als de beste agent zijn dag niet heeft gaat hij zoeken. Laatst hebben we een hele discussie gehad over de brandblusser in de auto die over de datum is. Ik denk dat er hier überhaupt maar een op de tien mensen een brandblusser in de wagen heeft. Maar goed, voor zo’n detail wordt je gerust een uur aan de kant gezet. En ja, als je wilt ben je zo weer weg. Het kost je alleen twee à zeven euro cash. En dat lijkt niet veel, maar als je dat spelletje 5 keer per dag moet spelen ben je het wel beu. Mijn chauffeur kan er slecht mee overweg en gaat vaak de discussie met de agent aan, soms met slaande ruzie als gevolg. Het kan hier ook gewoon, op de vuist met een agent. En dan zit ik in de auto toe te kijken en denk “ik kom hier nooit meer weg”. Niets is hier wat het lijkt, want twee minuten later wordt de hand tussen de 2 vechtersbazen geschud en zit mijn chauffeur weer vrolijk in de auto.
Het ergste - of misschien wel het mooiste - wat je hier ziet gebeuren zijn de passages van ministers. Als een minister hier van punt A naar punt B moet, is het gebruikelijk dat dit met een hele escorte gebeurt. En dan hebben we het niet over een motoragent ervoor of erachter, maar over een vijftal wagens. Het traject dat gereden moet worden, wordt helemaal autovrij gemaakt. Kruispunten en wegen worden gewoon zonder pardon afgezet. Als je daar toevallig staat heb je dikke pech. Reken maar dat je twee of drie uur stil staat. Als je lef hebt en de kans krijgt, kan je misschien aansluiten bij het konvooi. Dat hebben we laatst ook een keer gedaan. Met een nette 4x4 en een paar blanken erin lijkt het voor vele begeleidende agenten erop dat we genodigden zijn van de minister en er gewoon bij horen. Ik denk dat we dit toen wel een 1,5 uur hebben kunnen volhouden. Vier richtingaanwijzers aan, geen snelheidsbeperking, geen controle, geen péage. Gewoon aansluiten, volgen en doen alsof je er bij hoort. Het lastigste stuk was misschien wel het terug afhaken van het konvooi toen we bij onze bestemming kwamen.
Zelden reis ik met ruimbagage, omdat het wachten en de controle op het vliegveld echt een drama is. Helaas was ik deze trip genoodzaakt een aparte tas met wat onderdelen voor onze auto hier mee te nemen. Vooraf had ik even mij chauffeur gecontacteerd om te kijken hoe ik dit het beste kon doen. Zijn voorstel was om mij eerst gewoon op te halen op het vliegveld zonder bagage en mij direct naar het hotel te brengen. Vervolgens zou hij even teruggaan om de tas op te halen. Het gemak waarmee dat ging was onbeschrijfelijk. Daar waar we in Europa door onzichtbare ogen op vliegvelden in de gaten gehouden worden, kan je hier gewoon de luchthaven binnen wandelen, naar de bagageband gaan, er een tas af halen en vervolgens weer naar buiten lopen. Niemand kijkt je vreemd aan, niemand vraagt of zegt iets, niemand controleert. Het is ook weleens anders hoor. Een 10-tal jaren geleden stond ik mijn bagage van de band te halen en werd mijn koffer met flessen wijn eruit gepikt door de douane. Puur toeval, want een werkende scanner is er echt niet. Die wijn, daar moet je natuurlijk taxen op betalen, en behoorlijk wat. Een hele discussie over “Het mag niet, het kan niet” volgt, zoals altijd, maar ook hier was met een € 15 aan de douanier het hele probleem opgelost.
Hotels zijn hier ook een drama. Ze zijn allemaal oud en versleten of Kameroen eigen, niet onderhouden. De laatste jaren vraag je steeds af “is er nu niks beters”. Nee, er is niks beters. Ieder jaar kijken we weer om ons heen om te kijken of er nieuwe of betere hotels zijn bijgekomen. Helaas. Het is me echt al een 10-tal keer overkomen dat incheck en ik aankom in mijn kamer terwijl de kamer niet eens is schoongemaakt na de vorige gast. Een paar dagen geen airco in de slaapkamer? Jammer meneer, de airco op de hele verdieping is kapot. Douche of bad stuk, een lekkende WC? Het is echt normaal hier. Perrier of Cola? Kan hier zomaar maanden uitverkocht zijn. Jarenlang heeft er hier bij het ontbijt een broodrooster gestaan waar je eigenlijk geen stukje brood meer in durfde te stoppen. Vettig, vies en versleten. Zo eentje waar nog maar 1 van de verwarmingsdraadjes werkt en zelfs na 10 minuten je toast nog geen kleurtje heeft gekregen. En wat kost een nieuwe broodrooster nu voor een internationaal hotel? Niemand doet er iets aan… De problemen worden niet gezien. Zeker niet als het overal hetzelfde is.
Gisteren reden we weer de ‘dodenweg’ Yaounde – Douala. De weg die de economische hoofdstad met de administratieve hoofdstad verbindt. Een 240km tweebaansweg waar dagelijks zware ongelukken gebeuren. Wat hier op de weg zit is niet te beschrijven. Niet voor niets heb ik sinds deze trip een GoPro-camera in de auto gehangen. Ongelukken zijn eigenlijk ook onvermijdelijk: defecte auto’s, kale banden tot op het ijzer, losse ladingen, vermoeide chauffeurs, stapvoets rijdende vrachtwagens, slechte wegen, geen verlichting op de auto….
De meeste zware ongelukken gebeuren ’s nachts want hier is geen alcoholwet. Dus je kan gewoon zo zat als een konijn de weg op. Onlangs is hier door de staat een busbedrijf verzegeld, omdat ze dit jaar al betrokken zijn bij 6 zware ongelukken met meer dan 50 doden en dat verbaasd me niets. De meeste bussen rijden als gekken om hun aankomsttijden te halen. Er wordt ingehaald op plaatsen waar het niet kan… en deze bussen rijden ook ’s nachts.
Desondanks blijf ik terugkomen. Omdat je op een gegeven moment ook de schoonheid van dit prachtige West-Afrikaanse land ziet dwars door alle gekte en corruptie. En ja, ook uiteraard om goede zaken te doen, maar dat geheel ter zijde. Ik zie wel verandering de laatste 15 jaar. Er zijn meer rijke Afrikanen, met als gevolg ook meer luxe. De kloof tussen arm en rijk wordt hierdoor ook wel groter. Deze week sprak ik een hier wonende en werkende Libanees die al in verschillende West-Afrikaanse landen heeft gewoond. Kameroen is er nog lang niet en hij schat dat er nog 20 jaren nodig zijn om op het niveau te komen van de meer ontwikkelde West-Afrikaanse landen, zoals Ivoorkust en Ghana. Ik denk dat hij gelijk heeft. Maar wie weet gaat het wel sneller. Stel dat Afrika de nieuwe groei-economie kan worden? Kijk maar naar China, dan kan het opeens heel snel gaan.
We gaan het meemaken… en in de tussentijd hou ik jullie op de hoogte. Ook over de ontwikkelingen die zich nu afspelen in de markt. Ik heb op dit moment nog niet alle exporteurs gezien/gesproken, maar algemeen kan gezegd worden dat de markt stabiel lijkt. In m’n volgend blog weer een markt-update.
Groeten uit Kameroen!
Wij maken op onze website gebruik van cookies om de website te verbeteren. Deze functionele en analytische cookies bevatten nooit uw persoonsgegevens. Door op ‘Cookie instellingen’ te klikken, kun je meer lezen over onze cookies en je voorkeuren aanpassen.